By Published On: April 11th, 2024Categories: Uncategorized0 Comments on Gestopt met drinken

Er is geen weg naar vrijheid, vrijheid is de weg.

Gestopt met drinken.
20 jaar lang zit ik al in dat proces.

Drank en ik, ik en drank. Je kunt het gerust een haat-liefdeverhouding noemen.

Het is me dan ook met de paplepel ingegoten.

Een drinkende moeder, altijd een biertje aan haar zijde.

Een sobere vader die vrij wilde zijn van verslavingen en ons een ander voorbeeld wilde geven.

Hij stopte al vrij vroeg in zijn leven met roken en dronk bij uitzondering een pijpje pils. Hij kon ‘t m’n moeder niet verbieden en haar ook niet tot verandering bewegen.

Als je aan m’n biertje komt ga ik bij je weg, zei ze dan.

Ik begon al jong met roken en drinken. Dat was thuis niet echt een probleem. Roken vond m’n moeder jammer, heeft ze eens gezegd. Over drinken heb ik nooit iets gehoord. Ik dronk vanaf m’n 14e, 15e jaar bijna ieder weekend grote hoeveelheden alcohol.

Grenzeloos was ik. Kotsen, niet meer op m’n benen kunnen staan, steeds groter wordende black-outs, nooit ging er een lichtje branden dat wat ik naar binnen gooide veel te veel voor mijn tengere lijfje en gevoelige natuur was.

Het meisje met de ijzeren maag
Waarom dronk ik zoveel? Als ik alcohol op had, was er geen onzekerheid, geen angst, geen remmingen. Ik zei nooit nee, ik paste me aan, het verbond me met mensen die ik tegenkwam in het nachtleven. Het gaf me een identiteit. Ik werd het meisje met de ijzeren maag.

Later werd ik de wijnkenner. Dat gaf me een gevoel van status; mensen stelden aan mij de vragen, ik koos de wijnen en ik proefde ze voor. Ik had ergens expertise in. En ik bleef drinken. Ik dronk Schotse single malt whisky’s, het liefst de meest rokerige, want dat was stoer. Ik dronk grappa’s, tequila’s, eau de vies of cognac. Waarna geregeld het licht uit ging.
En bier ging er altijd wel in.

In mijn twintiger jaren kwam er ook drugs bij: xtc, mdma, coke en hier en daar een jointje. In mijn vriendenkring was het allemaal heel normaal. Toen ik zwanger werd op mijn 26e, als één van de eersten uit mijn vrienden- en familiekring, lukte het me op zich prima om alles te laten staan. Alleen wijn, daar dronk ik verderop in mijn zwangerschap toch nog wel bijna dagelijks een glaasje van. Dat was geen probleem volgens de vorige generatie, dus dat kon best vond ik.
Na vier maanden borstvoeding te hebben gegeven aan mijn pasgeboren dochter, vond ik het wel welletjes geweest, ik wilde weer kunnen feesten. Ik herinner me nog de eerste keer dat ik weer losging, dat was meteen weer ouderwets.

Het einde van elke dag drinken en het begin van het managen
Maar deze leefstijl begon steeds meer zijn tol te eisen. Ik had altijd al last van psychische katers, ik werd er labiel van, en dat werd steeds erger. Op een gegeven moment kreeg ik paniekaanvallen, of iets wat er op leek. Als het kwam opzetten, kon ik niets verdragen: geen licht, geen geluid, tot het weer wegebde. Ook heb ik een paar keer een trilaanval gehad, die een aantal uur duurden. Een vriendin van mij, en arts in opleiding, zei dat het een paniekaanval was. Maar laatst hoorde ik dat het vermoedelijk een fysieke reactie op mijn overmatige alcoholgebruik is geweest. M’n systeem gaf in ieder geval heel duidelijk aan dat het zo niet verder kon.

Drugs kon ik vrij makkelijk laten en dat deed ik ook, op een paar uitzonderingen per jaar na. Ik was het ook wel zat.
Maar drank, dat vond ik lastig. Want wie was ik zonder aperitief, wijn en digestief? Hoe kon ik er dan voor zorgen dat ik makkelijker ‘loskwam’? Vonden mensen mij nog wel leuk, had ik nog wel een klik, wie was ik zonder het gastronomisch genieten? Dus werd het minderen en korte pauzes van een week of drie, vier. Stoppen met doordeweeks drinken. Het einde van elke dag drinken en het begin van het managen van mijn drankgebruik. Toegeven aan mijn gevoeligheid, maar nog niet bereid het los te laten.

Ongeveer vijf jaar later, een verbroken relatie en een tweede puberteit verder, werd ik verliefd op een man die meer dronk dan ik ooit van dichtbij had meegemaakt. Ik paste in eerste instantie mijn drankgebruik aan hem aan en het wereldje waarin hij leefde. Dronken van de liefde had ik geen last van psychische katers en in de roze bubbel zette ik mijn gevoel over zijn drankgebruik opzij. Zo voegde ik mij wederom naar iemand anders leven, het mij zo vertrouwde patroon trok ik nogmaals uit de kast. Toen wij na een half jaar intensief met elkaar omgaan de stap zetten naar een serieuze relatie, zei ik tegen hem: “je drankgebruik gaat een probleem worden” (dat was het in feite al, alleen ik had dat nog niet volmondig naar mezelf en naar hem toe erkend).

Ik werd voor de tweede keer zwanger en na de zwangerschap voelde ik al snel welke kant het weer uitging. Het eerste half jaar na de geboorte van mijn zoon rekende ik geregeld uit hoeveel ik kon drinken en hoeveel uur ik dan geen voeding kon geven en toen ik na een half jaar gestopt was met borstvoeding geven, leek het oude tempo weer terug te komen. In het gezin van mijn vriend gold ik ook als wijnliefhebber en -kenner en nee zeggen vond ik nog steeds heel moeilijk.

En toen ineens was ik het zat. Ik wilde niet weer die kant opgaan dus ik besloot te stoppen, in ieder geval voor een jaar. Wat een jaar werd vanaf januari minus de kerst en een bruiloft in Schotland, waar ik vreselijk lam werd met een kwaaie dronk ook nog. Kerst zonder goeie wijn leek mij heel ingewikkeld. Vanaf die tijd was ik het opnieuw aan het managen, weliswaar met kleinere marges en af en toe een uitschieter. Als ik het weer zat was, dan stopte ik voor periodes variërend van een week of drie tot drie, vier maanden.

BOOS
Ik stopte ook regelmatig uit protest tegen het drankgebruik van mijn vriend. Ik was dat dan zo spuugzat en voelde me zo onmachtig, dat ik uit pure wanhoop zelf maar weer stopte. Hij dronk inmiddels niet meer zo exorbitant veel als voor wij onze zoon op de wereld brachten, maar matigen lukte hem maar zeer matig, dus was hij bijna iedere avond in min of meerdere mate beschonken.

Wat ben ik vaak ontzettend boos op hem geweest, hysterisch kun je rustig stellen of dagenlang mokkend uit frustratie. Het haalde niet veel uit, behalve dat het onze relatie op scherp zette.
Ik durf achteraf wel te zeggen dat het mij ontzettend geholpen heeft om veel opgekropte boosheid, voornamelijk richting mijn moeder, alsnog te uiten. Mijn moeder, die met haar drankgebruik en alles wat daar mee samenhing niet echt veilig was, noch emotioneel beschikbaar. Blijkbaar was Jeroen veilig genoeg om me te laten gaan. En kennelijk moest er heel veel uit.

Ik ben door veel heengegaan in de afgelopen tien jaar met hem en we hebben, zowel los van elkaar als samen, best veel gedaan om te snappen waarom we deden wat we deden. Als ik kijk naar de patronen van mijn ouders, herken ik me zowel in patronen van m’n moeder als die van m’n vader. Beiden had ik ze te herkennen, doorvoelen en uiteindelijk te doorbreken.

Divine intervention
Op een gegeven moment was ik grotendeels uitgeraasd. Maar mijn vriend verviel na diverse stop- en minder-episodes toch steeds weer in z’n oude patroon. Hoewel het mij beter lukte om bij mezelf te blijven als ik hem confronteerde met zijn drankgebruik, ik rustiger kon blijven en hem ook vragen stelde, zoals wat hij dan wilde en hoe hij het voor zich zag, kwamen we in een soort patstelling terecht. Want hij wilde wel minderen, maar er gebeurde niets en hij wist ook niet hoe. Hij kon geen antwoord geven op mijn vragen. En bij mij kwam steeds het gevoel weer omhoog dat ik niet oud wil worden met iemand die zoveel drinkt, terwijl ik aan de andere kant wel heel graag oud met hem wilde worden. En ik bleef boos worden om zijn gedrag, hoewel de boosheid minder heftig was.

Na een onverwachte en plotselinge interventie werd mij duidelijk dat deze patstelling zou voortduren mits er een besluit zou worden genomen. Dat zou eerlijkheid van ons beiden vragen. Eerlijkheid van mijn kant dat ik geen toekomst zie in onze relatie zonder dat besluit.
En eerlijkheid van zijn kant om toe te kunnen geven dat hij dit niet op eigen kracht kan.
Deze ‘divine intervention’, want zo voelt het, kwam op het juiste moment, het werd diezelfde en de dagen erna kristalhelder dat dit besluit noodzakelijk was. Ik kon het op zo’n wijze communiceren dat hij het kon horen, de tijd was er rijp voor. En dus besloot hij om hulp te zoeken en het ‘monster’ in de bek te gaan kijken. Twee weken zou hij zichzelf de tijd geven om eraan te wennen voordat hij stappen zou zetten.

In de tussentijd ging hij nog ff lekker los op de alcoholische versnaperingen en ook ik liet me even gaan en dronk iedere dag als we samen waren meerdere wijntjes; we maakten plannen voor een laatste kroegentocht en nog een keer vet goed uit eten. En hoezeer een deel van mij hier ook van genoot, na twee weken begon ik al te merken dat ik minder goed in m’n vel zat en minder goed voor mezelf aan het zorgen was. Ik merkte dat ik begon te vitten op mijn lief over wanneer hij er dan een streep achter zou zetten. Als hij zou stoppen, kon ik er ook weer mee ophouden.

Ik had nog niet besloten wat ik wilde doen. Zou ik ook stoppen of alleen drinken als ik niet bij mijn vriend was? En als ik zou stoppen: voor hoelang dan? Nooit meer drinken klinkt zo definitief en voelt heftig..

Maar de zachte roep om vrij te zijn van deze afhankelijkheidsrelatie, om nee te mogen zeggen en te dealen met wat het bij me oproept, om afstand te nemen van dat wat zo lang deel is geweest van mijn persoonlijkheid en die van belangrijke figuren uit mijn familie, en wellicht ook van oud karma, het innerlijke besef dat stoppen de bedoeling is, werd sterker. En dus breide ik er, kort geleden, toch nog vrij abrupt een einde aan. Gestopt met drinken. Einde, schluss.

Maar ook: het begin van iets nieuws. Ik vind het spannend, want nu Jeroen zijn verantwoordelijkheid neemt, wat gaat er bij mij omhoog komen? Misschien heb ik al mijn onvrede wel op zijn drankgebruik geprojecteerd en als dat straks niet meer kan, wat heb ik dan nog aan te kijken?

Ik voel me een beetje nerveus als ik daaraan denk. Maar er zit ook een gevoel van verheugen en van dankbaarheid bij: we zijn stappen aan het zetten, er zit weer beweging in, we helpen elkaar naar een authentiekere versie van onszelf, een mooiere versie. We doen samen de online training van Jan Geurtz, ‘de verslaving voorbij’, en dat voelt goed.

Innerlijke vrijheid
Vrijheid zit ‘m niet alleen in vrijheid in de buitenwereld. Je kunt vrijheid hoog in het vaandel hebben, de covidprikken en de mondkapjes geweigerd hebbend, de avondklok aan je laars gelapt en naar alle vrijheidsdemo’s gaan, maar als je van binnen nog een slaaf bent van iets dat de macht heeft over jou, dan ben je niet vrij.

Liefs, Terah